Bibliografie A.S.C. Wallis

Over A.S.C. Wallis

Dorst, Marijke van. “Opzoomer, Adèle Sophia Cordelia,” in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. http://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Opzoomer

Gera, Judit. 2016. “Petőfi Sándor Hollandiában. A.S.C. Wallis Petőfi-képe és fordításai” Acta Papensia XVI. (2016) 3 – 4.: 336–342.

Gera, Judit. “Dames in Data: A.S.C. Wallis (Adèle Opzoomer) – 1924” beschikbaar op http://www.mijnedlet.nl/mdnl/?p=2492, mei 2017.

Graft, Catharina van de. 1948. “Utrechtse herinneringen aan A.S.C. Opzoomer (Adèle Opzoomer)”, Maandblad van Oud Utrecht 1948: 66-69.

Kalmthout, Ton van. 2017. “Adèle en de ernstige jonge man uit het verre land. De Hongaars-Nederlandse relaties van het echtpaar Antal-Opzoomer” Zacht Lawijd 16 (2017) 2 (juni): 47-65.

Rameckers, S.J.R. 1947. A.S.C. Wallis (Adèle Opzoomer) Heerlen: Winants.

Sachse, J.E. 1888.“Letterkundige tijdgenooten I: Adèle Opzoomer”, Nederland: 227-242.

Sivirsky, Antal M. 1948. “De ontdekking van de Hongaarse literatuur en haar ontdekster A.S.C. Wallis” Levende Talen: 206–215.

Sivirsky, Antal M. 1973. “A.S.C. Wallis és Az ember tragédiája” in Magyarország a 19. századi holland irodalom tükrében. Budapest: Akadémiai kiadó: 131–147.

Sivirsky, Antal M. 1973. “A.S.C. Wallis által közölt Petőfi versek jegyzéke (De gids, 1889.)” in  Magyarország a 19. századi holland irodalom tükrében. Budapest: Akadémiai kiadó: 186–187.

Snellen, Johanna. 1926. “Levensbericht van Adèle S.C. Antal von Felsö Gellér-Opzoomer (A.S.C. Wallis) 21 Juli 1856-27 December 1925,” in Handelingen en mededeelingen van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden, over het jaar 1925-1926. Leiden: E.J. Brill: 114–122.

Wijnandts Francken, C.J. 1915. Gedachten uit de werken van A.S.C. Wallis. Haarlem: Tjeenk Willink & Zoon.

Verwey, A. 1886. Brief  aan A.S.C. Wallis 20.12.86 in Albert Verwey, Briefwisseling 1 juli 1885 tot 15 december 1888, ed. Margaretha H. Schenkeveld & Rein van der Wiel, 1995. Amsterdam: EM. Querido’s Uitgeverij: 266–267.

Van A.S.C. Wallis (Oorspronkelijk werk)

Der Sturz des Hauses Alba. Trauerspiel in fünf Aufzügen. Leipzig, W. Engelmann en Utrecht, W.F. Dannenfelser 1875.

Johann de Witt : Trauerspiel in fünf Aufzügen.Leipzig, W. Engelmann en Utrecht, W.F. Dannenfelser 1875.

Prins Willem III en de moord der gebroeders de Witt. W.F. Dannenfelser, Utrecht 1875.

“Noordsche schetsen” (essays). Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1876, 99–152.

In dagen van strijd. Amsterdam, J. H. Gebhard 1878.

“De laatste Gothen. Een strijd om Rome. Historische roman door Felix Dahn. Uit het Duitsch vertaald door G.T.B. 4 deelen. Arnhem, J. Rinkes Jr.” (recensie). De Gids. Jaargang 44(1880), 385–440. (recensie)

Vorstengunst. Haarlem, H.D. Tjeenk Willink 1883.

Brief van A.S.C. Opzoomer aan A. Verwey 4.12.86 in Albert Verwey, Briefwisseling 1 juli 1885 tot 15 december 1888 (ed. Margaretha H. Schenkeveld & Rein van der Wiel). Amsterdam, EM. Querido”s Uitgeverij 1995, 263–264.

Brief van A.S.C. Opzoomer aan A. Verwey 28.4.86 in Albert Verwey, Briefwisseling 1 juli 1885 tot 15 december 1888 (ed. Margaretha H. Schenkeveld & Rein van der Wiel). Amsterdam, EM. Querido”s Uitgeverij 1995, 262–264..

Brief van A.S.C. Opzoomer aan A. Verwey 25.6.86 in Albert Verwey, Briefwisseling 1 juli 1885 tot 15 december 1888 (ed. Margaretha H. Schenkeveld & Rein van der Wiel). Amsterdam, EM. Querido”s Uitgeverij 1995, 185.

Brief van A.S.C. Opzoomer aan A. Verwey 2.7.86 in Albert Verwey, Briefwisseling 1 juli 1885 tot 15 december 1888 (ed. Margaretha H. Schenkeveld & Rein van der Wiel). Amsterdam, EM. Querido”s Uitgeverij 1995, 185–187.

“Inleiding” (tot de vertaling van De tragedie van den Mensch van Emerich Madách). in Emerich Madách. De tragedie van den Mensch. Dramatisch gedicht. Naar het Hongaarsch bewerkt en ingeleid door A.S.C. Wallis. Amsterdam, J.L. Beijers en W.F. Dannenfelser 1887, 5–45.

“Schetsen uit de Hongaarsche poëzie. I. Alexander Petőfi”. De Gids, 7(4), 1889, 1-49.

“Schetsen uit de Hongaarsche poëzie. II. Michaël Tompa”. De Gids, 7(8), 1889, 185–220.

“Schetsen uit de Hongaarsche poëzie. III. Koloman Tóth”. De Gids Jaargang 7(10), 1889, 68–90.

“Verzen”. Onze Eeuw. Jaargang 4(1904), 480–483.

“Een vrouwenportret”. Onze Eeuw. Jaargang 4(1904), 337–348.

“Verzen”. Onze Eeuw. Jaargang 7(1907), 494–496.

Een Hongaarsche samenzwering: treurspel in vijf bedrijven. Haarlem, H.D. Tjeenk Willink & Zoon 1905, 1924,1927.

Een liefdesdroom in 1795. Haarlem, H.D. Tjeenk Willink & Zoon 1906.

Zielestrijd. Haarlem, H.D. Tjeenk Willink & Zoon 1908.

“Anonymus” (gedicht). Onze Eeuw. Jaargang 10(1910), 143–154.

De koning van een vreugderijk. Haarlem, H.D. Tjeenk Willink & Zoon 1913.

Een Hollander bij uitnemendheid (Johan de Witt). Handboekjes Elck “t beste. Amsterdam, Maatschappij voor goede en goedkope lectuur 1927.

 
Terug naar artikel >>>